De Nationale Week zonder Vlees zet Falder Sjaak aan het denken. Goh, vlees. Vroeger was het bijna een luxe. Als je ouder bent dan 55 dan weet je nog hoe je moeder gehaktballen draaide of een middag lang draadjesvlees liet sudderen. Wie is er niet groot mee geworden? Een luxe inderdaad, want duur. Falder Sjaak is gek op vlees. Nog steeds. Hoewel ook bij mij steeds meer het besef komt dat elke dag vlees niet meer noodzakelijk is.
Ik zie het maar als een evolutie. Net als toen mijn moeder zaliger steeds meer nieuwe eetproducten in de keuken introduceerde. Was het lange tijd standaard piepers, spruitjes en varkenslap, opeens waren daar ‘exotische groenten’ als een paprika, champions en prei. En nog later deden we ons te goed aan chinees, bami, Italiaanse gerechten met courgette en Parmezaan. Veel gekker moest het niet worden, maar werd het wel. Indiase curry’s! Hamburgers! Kortom, het was een kwestie van tijd dat ook de vegetarische burger en tofoe op mijn bord verschenen.
Minder vlees, vaker sla?
Intussen vind ik vegetarisch eten prima te nassen. Al was het maar dat ik inmiddels doordrongen ben van het beestachtige imago van de vleesindustrie en legbatterijen. Een dag zonder vlees vond ik vroeger een dag niet geleefd. Ik heb er vrede mee dat mijn menu steeds vaker geen vlees bevat. Al blijf ik de herinneringen aan mijn moeders gehaktbal en suddervlees met heel veel liefde koesteren.