Jeep? Ja, die kennen we nog uit onze diensttijd. We hoefden niet op een paar butsjes te kijken. Dat was lekker raggen op de Veluwe.
Inderdaad. Wij keken naar Band of Brothers. En natuurlijk Saving Private Ryan. De oerversie van de Willys, zoals de Jeep oorspronkelijk heette, staat op ons netvlies gebrand. Dankzij Hollywood in allerlei gedaanten: alleskunner, avonturier, beschermengel, racebolide of vrachtauto, ambulancebroeder, vrijheidsstrijder. En, voor een aantal van ons, natuurlijk als vervoermiddel uit onze diensttijd.
Leuk, zo back into memory lane, maar waarom deze inleiding?
Omdat mensen van onze leeftijd het bijzondere genenpakket van de Jeep met de paplepel is ingegoten. Maar in onze tijd zijn we met dit merk verstrikt geraakt tussen droom en daad. Wij leven in een land waar wij maar 100 mogen rijden, waar wij denken dat een heuvel een echte berg is, waar de brandstofprijs rond de twee euro schommelt en waar een straat met klinkers al wordt gezien als een pittig wegdek. Dus met welke reden zou een afstammeling van dit merk hier in Nederland rondrijden? Dat is dan net zo’n exoot als een rinoceros op de Veluwe.
Dus waarom dan toch rondrijden in een Jeep Compass?
Omdat we best gevoed willen worden in onze dromen. De Compass meet 4.40 meter aan lengte. Net als de good-old Jeep oogt de Avenger hoekig, compact en stoer. De auto is eigenlijk vrij compact. Meet 4.40m. Maar oogt veel langer. Verschil met de oerversie destijds is dat we tegenwoordig een bloedhekel hebben aan krasjes en bupsjes op onze auto. Daarom tref je rondom deze Jeep veel plastic om dit te voorkomen. Misschien wel de grootste verwijzing naar het roemruchte verleden, is de grille die traditioneel is verdeeld in zeven luchtgaten. Oh ja, en dan zijn er natuurlijk nog de ‘Easter Eggs’.
Uhh, paaseieren?
Bij Jeep zijn ‘Easter Eggs’ altijd unieke, kleine designelementen in elk model, die verwijzen naar het verleden of naar unieke eigenschappen. Ook de Jeep Compass telt er ettelijke. We noemen er een paar: onder de ruit tref je een mini-hagedis die net zoals de Jeep altijd veel tractie heeft in ruw terrein, in de ruit is de oer-Willy aangebracht. De mooiste zit eigenlijk in de voetsteun naast de pedalen. Op het eerste gezicht oogt deze niet zo heel bijzonder, maar de streepjes en puntjes die je hier ziet, vertegenwoordigen in morse de woorden zand, sneeuw, rivieren en stenen.
Herken ik de Jeep nog van binnen uit de tijd dat ik in dienst moest?
Deze Jeep lijkt van binnen in niets op de Jeep uit de tijd dat er nog diensttijd bestond en jij werd opgeroepen. Stond die Jeep destijds garant voor een paar wandelende nieren. In deze Compass word je in de watten gelegd. Het interieur is modern en comfortabel. Een mix van mooie materialen. Voor de bediening van het infotainment systeem hoe je niet aan te kloppen bij je Whizz-kleinkind. Dat laat zich makkelijk bedienen. Ook leuk, de Compass biedt een zee aan opbergruimte. Het wemelt in het passagierscompartiment van de laatjes en extra vakjes.
Hoe zit het met brandstofverbruik. De prijzen aan de pomp, die rijzen tegenwoordig de pan uit?
Dan hebben we goed nieuws. De Jeep Compass die wij reden kent een zogenaamd mild hybride-systeem. Onderhuids schuilt een 1,5 liter benzinemotor van 130 pk, die een handje wordt geholpen door een elektromotor van 20 pk. Deze samenwerking werkt zeer verfijnd, vol automatisch en doet wonderen met je brandstofverbruik, zo merkten wij. Wij scoorden ongeveer 6 litertjes op 100 kilometer.
Is de Compass met een goed pensioen te doen?
Eerlijk is eerlijk. Een paar goedlopende lijfrentepolissen daar bovenop zullen je een flink handje helpen om deze auto te kopen. Maar alles is relatief. Zijn 4×4 broertje, die met een stekker is op te laden, kost zo’n 46.590 euro. Deze mid-hybrid versie, die alleen voorwiel is aangedreven, kost daarmee in vergelijking ‘maar’ zo’n 37.540 euro. Voor dat geld kun je weer lekker raggen. Nee, op de Veluwe mag niet meer, dus resteert de stadsjungle. De Jeep Compass is ook nog eens een stuk comfortabeler dan het model uit je diensttijd. Want, eerlijk is eerlijk, onze lichamen zijn niet meer die tempels van destijds.
