Op 25 augustus 1972 vond een van de grootste verkeersrampen in de Nederlandse geschiedenis plaats op de A16, bij Prinsenbeek, ter hoogte van Breda. De ramp, die plaatsvond tijdens een dichte mist, kostte het leven aan 13 mensen en veroorzaakte 26 zwaargewonden.
De ochtend begon zonnig, maar de mistbanken die zich boven het lage land rond Breda vormden, zorgden voor dichte zichtbaarheid. Het verkeer, komend vanaf de Markbrug, reed plotseling de mist in, wat leidde tot een kettingbotsing van schrikbarende proporties. Het begon met een kleine aanrijding, maar door de slechte zichtbaarheid en snelheid van het verkeer, vooral vrachtwagens, kon men niet tijdig remmen.
Felle brand
Het drama hield niet op bij de eerste botsing. Vlak na de eerste aanrijding brak er een felle brand uit door de explosie van tankwagens die betrokken waren bij het ongeval. Tegelijkertijd, op een andere rijbaan, vond een tweede kettingbotsing plaats. De branden, gevoed door de ladingen van de tankwagens, verergerden de situatie dramatisch. Drie tankwagens waren zwaar betrokken: een met gasolie en benzine, die als eerste vlam vatte, een lege tankwagen met chloorbleekloog en een derde gevuld met zeer brandbaar vinylacetaat.
Door de branden ontstonden intense vlammen en een enorme rookontwikkeling, die het verkeer nog verder verstoorden en de reddingswerkzaamheden bemoeilijkten.
In totaal waren er 40 personenauto’s, 14 vrachtwagens en 5 tankwagens betrokken bij de ongevallen.
Zie verder dit filmpje:
Beeld; YouTube