Een jonge vrouw knielt voor een hekje, lacht een verliefde lach naar haar kindje. In een glimp herken ik haar onvoorwaardelijke signaal: ‘ik ben er helemaal voor jou’. Ondanks dat ik bekaf ben, ik racefiets langs de Ringvaart, moet ik glimlachen. Vertederd. Ik herken deze momenten van vroeger. Met mijn eigen kinderen. Dat je ze liet weten dat ze niet bang hoefde te zijn. Dat jij er wel voor zou zorgen dat er niets gebeurde. En ze vertrouwde je volledig.
Fear of missing out
Er was een tijd dat ik dacht dat je groots en meeslepend moest leven. Uitnodigingen voor feestjes sloef ik zelden of nooit af. Fear of missing out. Ik had hèèl vrienden. Mijn bucketlist was voor mijn veertigste nagenoeg leeg. Maar zijn dat de personen of momenten waarop ik nu terugkijk, als de meest leuke of meest gelukkige? Nee, dat zijn de momenten dat ik samen was met de kids. Toen ze nog jong waren. Toen ze nog met je meegingen, ook als ze eigenlijk geen zin hadden omdat je ze beloofde: ‘maar daarna krijg je een ijsje’.
Geradbraakt
Morgen vertrekken mijn vrouw en ik naar Panama voor een vakantie van veertien dagen. Vroeger deden we dat ook, voordat de kids er waren. Met een rugzak op vakantie ver weg. We reisden soms twee dagen achtereen met bussen door de bergen over vreselijk slechte wegen. We werden geradbraakt, maar er was altijd de belofte dat achter de bergen het paradijselijk was. Maar waren we eenmaal in het paradijs, dan gingen we alweer op zoek naar informatie over een volgend paradijs. Dat vaak ook weer vele honderden kilometers ver weg lag. Zo raceten we over continenten. Waarom moet je eerst jong zijn geweest om pas te beseffen dat als je ouder bent, het geluk niet ver weg ligt. Of niet ligt in het grootse of meeslepende. Panama is slechts 300 kilometer lang. Voorheen deden we zo’n landje in èèn dag. Nu hebben we er twee weken voor gereserveerd. Vroeger zeiden we saai. Nu heerlijk!
Vind je dit een leuk bericht? Like dan onze Facebookpagina
Volg ons op Twitter: @FalderNL en mis niets dat elke dag leuk, interessant of tof is.