Tasje van de penis van een potvis
Waar is de tijd gebleven dat je op vakantie onbekommerd een aktetas liet maken van de penis van een potvis? Terug op Schiphol feliciteerde de douane je hartelijk met je originele vondst en op kantoor was je met je viriele tasje snel drie maanden het mannetje. Het mag niet meer en daar is wat voor te zeggen. Bij het woord ‘vliegschaamte’ denk ik weleens aan de hemel. Stel je voor dat die echt bestaat. En dat je (bijvoorbeeld na een kinderarts of mbo-leraar) aankomt bij Petrus. Die vraagt: ‘Wat heb je gedaan in het leven.?’ En dan moet jij zeggen dat je – zoals uw Harri Falder – reisjournalist was. Hello Hell! Allemaal onzin. Tijdens een vakantiebeurs ging ik op zoek naar echte vliegschaamluizen. Die bleken nog schaarser dan vegetarische slagers in West-Australië. Bovendien hadden die hypervrolijke beursbezoekers een keihard verweer: ‘Wij stappen regelmatig met de vouwfiets op de metro naar de Nieuwmarkt dan kan die ene keer Bali er ook wel af.’ Geen speld tussen te krijgen.
De snelheid van een lijkwagen
Ooit was ik groener dan groen. Ik kocht in 2004 een Toyota Prius en het kreng reed echt 1 op 18 en was niet kapot te krijgen. Tot 2014 betaalde ik geen cent wegenbelasting. Het beviel me uitstekend, dat duurzaam leven. Na tien jaar met de snelheid van een lijkwagen door Europa te hebben getoerd, kreeg de wegenbelasting mijn Prius weer in het oog. Ik kocht weer een hoge wagen met drie pedalen en gokte op de kelderende benzineprijs.
De moraal. Wantrouw elke 55-plusser die zich eerst bewusteloos heeft gevlogen en nu rondtrompert dat de Veluwe per ebike mooier is dan Bali. Ik kom de laatste tijd wat erg veel vrouwen en mannen van 48-plus tot schijndood tegen, die met een heilig gezicht beweren dat ze aan vliegschaamte lijden. Dat ze nóóit meer naar Barcelona, Praag of Bali zullen vliegen. Ja, denk ik, omdat je daar al vijf keer bent geweest. Lekker makkelijk. En nou moet je jonge neefje ook maar thuis blijven.
Het maakt de luchtvaartwereld geen bal uit of Loes van de Meer voortaan per belbus naar Polen gaat. Wat wel uitmaakt? Een eensgezinde aanpak van Europese en (liefst) mondiale overheden van fossiel vliegen, een beetje à la snelle transitie naar de e-auto. (Wie had dat ooit gedacht? Binnen 15 jaar rijdt half Europa in een e-auto. Wat een succes.) Het besef moet alleen nog even inzinken bij de vliegwereld, dat vraagt tijd, veel overleg en veel geld.
‘Zet maar iets groens neer, wij stappen wel in’
Jawel, ik ben ook stapelgek op comfortabele hsl-treinen die me binnen zes uur naar alle randen van Europa brengen. Alleen: ze zijn er nog niet. En als ze mij morgen door een ondergrondse buis willen afschieten naar Málaga voor 10 x Transavia-tarief en een uur reistijd sta ik met mijn milieuhoofd vooraan.
Zet maar iets groens en iets snels voor, wij stappen wel in. Zeker als vliegen duurder en schaarser wordt. Dan pakken we de Prius of fietsen naar Denemarken. En wordt vliegen weer voor de rijken. Net als vroeger. Junioren en senioren met veel geld vliegen altijd door en blijven huizen kopen voor hun kinderen. Ik vrees dat dat altijd blijft.