Vraag een petrolhead naar een iconisch Opelmodel en hij zal acuut op de proppen komen met de Opel GT, een legendarisch en bepaald on-Germaans ontwerp uit 1965. Dit kekke sportwagentje, waarvan de klare en wulpse welvingen vaak worden vergeleken met het klassieke colaflesje, is in Duitsland ooit stiekem en eigenlijk als tussendoortje ontworpen door Opel’s hoofdontwerper Erhard Schnell, omdat de conceptie van de Kadett en Rekord steeds voorrang kreeg. Al die baldadige creativiteit in de hobby-uren resulteerde onder meer in bijkans geniale tuimelkoplampen, die bij het aan en uit doen als dolfijntjes over de motorkap sprongen. Ook uniek: de autoportieren, die met een knikje tot in het dak doorliepen. Vervolgens groeide de GT uit tot dé sensatie van de autoshow in Frankfurt en werd het internationaal een verkoophit, met z’n potente 1.9 motor van 90 pk, die het autootje van nauwelijks 1000 kilo kriek naar 185 km/u sleurde,belachelijk snel voor die tijd.
De Opel Calibra, boomklever pur sang
Veel zie je er helaas niet meer van rijden. Niet omdat de bouwkwaliteit roestig was (bepaald niet), maar vooral omdat de auto bij de hulpverleningsdiensten de even verdiende als hardnekkige reputatie had van ‘boomklever’. Een hele generatie vakkenvullers, steigerbouwers en Landmacht-korporaals (oftewel: jouw buurjongen) moest in (flauwe) bochten na horecasluitingstijden uit het wrak van een Opel Calibra worden geknipt. Hoe ze de macht over het stuur konden verliezen is ons nu een raadsel, want Opel had voor Falder ooit een exemplaar uit hun classics-stalling gecharterd en die reed nogal, eh, 1989. Het blijft jammer dat dit ravissante model werd gegijzeld door al die pukkelpetjes (zoals soms ook gebeurt met verjaarde BMW’s), want het ontwerp is artistiek en kien. De Calibra had een voor die tijd ultralage luchtweerstandswaarde van 0.26. Bijzonder vooruitstrevend waren ook de tot chique spleetjes gereduceerde koplampen, lang voordat de xenon en LED-lampen hun intrede deden.
