Het nieuwe vlaggenschip van Opel? Dus dit is de opvolger van de Senator?
Ja, je put uit de tijd dat Opel nog het best verkocht merk van Nederland was. Wij mochten ooit een dolle rit maken met Bennie Jolink door de Achterhoek. In een oude Opel Manta. Bennie bleek een absoluut Opel-fan. Juist vanwege de Opel Senator, die in die tijd nog slechts als tweedehandsje te koop was. ‘Opel is hier de hoer van de boer,’ zo merkte hij op. Benny was lyrisch over deze grote sedan. De lange neus, zijn enorme kofferbak en die heerlijke roffel van die drie liter V6 onder de motorkap.
Ja, dat waren mooie tijden.
Besef wel, dat je met zo’n zes cilinder een verbruik van één op zes voor lief moet nemen. Probeer zo’n auto tegenwoordig maar eens te verkopen. Opel heeft het allang over een geheel ander boeg gegooid. Daar waar vroeger de Kadett, Ascona en Senator stonden te blinken in de showroom, zijn het nu deels of geheel geëlektrificeerde modellen, zoals als Mokka, Frontera en nu dus de nieuwe Grandland.
Komen er sowieso Grandlands met een tank?
Ja, De Grandland is te koop in drie varianten: hybride, plug-in hybride en volledig elektrisch. Ga je voor een stekkerversie, dan zijn er nu twee opties: een batterij van 72 kWh en 83kWh, met mooie ranges boven de 500 km (WLTP). Helemaal mooie cijfers geeft de variant die volgend jaar op de markt komt. Dit accupakket is goed voor 98 kWh, waar Opel een onafgebroken rit van zo’n 700 kilometer belooft.
Zijn er verder nog overeenkomsten met de good-old Senator?
Natuurlijk zijn forste afmetingen. Met zijn lengte van 4,65m is deze Grandland bijna 20 centimeter langer dan de vorige generatie. Maar er is nog een saillante overeenkomst. Opel heeft namelijk altijd de derriere van de mens weten te verwennen. Het Engelse Top Gear heeft bijvoorbeeld lange tijd de stoelen uit een grijs lederen interieur van een Opel Senator gesloopt, van waaruit James May, Jeremy Clarkson en Richard Hammond hun autoshow presenteerden. Ook deze Grandland geeft je het gevoel dat je in een heerlijke fauteuil plaatsneemt. Het schijnt dat het zeteldesign precies het midden van de rugwervel, ontlast, waardoor er een constante is van ontspanning. We zijn geen doctoren, maar het klinkt net zo goed, als dat het voelt.
Hoe is de rest van het interieur?
Meest opvallend is het horizontale display in het midden van het dashboard, dat zich zeer intuitief laat bedienen. Daarnaast treffen we veel fysieke knoppen. Zeker vermeldenswaardige daarvan is het exemplaar, dat een aantal zelf gekozen, irritante rijassistenten, met een druk het zwijgen kan opleggen. Verder noemen we de head-up display, dat prachtig overzichtelijk de details in de voorruit projecteert.
Hoe is de buitenkant?
’s Nachts valt deze Grandland niet over het hoofd te zien. Opel heeft zeer veel werk van het licht gemaakt. Het topje van de neus is wat dat betreft een lust voor het oog, met een prachtig verlicht logo en idem dito streep. Achter is de naam Opel een verlicht designbaken. Speciale vermelding voor de koplampen. Elk bestaat uit meer dan 25.000 elementen. Zij zorgen voor een zogenaamde lichttunnel, dat in staat is de omgeving voortdurend kraakhelder te verlichten, zonder personen te verblinden. Opel claimt zelf dat voertuigen bij een snelheid van 80 km/u ongeveer 30 tot 40 meter eerder kunnen worden gedetecteerd, dan met conventionele halogeenkoplampen. Hierdoor is de bestuurder in staat, één tot twee seconden eerder op het potentiële obstakel reageren.
En de rest van het exterieur?
Waarom was Opel vroeger zo populair? Om een heleboel dingen, waaraan vaak het woord ‘gewoon’ kon worden toegevoegd. Dat gold ook voor het vroegere vlaggenschip, de Senator. Maar dat geldt ook voor de Grandland. Hij oogt ‘gewoon’ mooi. Opel-fan Benny Jolink zou bij deze kwalificatie vast en zeker instemmend knikken: ‘want wat de boer niet kent, dat vreet’ie niet’.