Controleer je fiets voor elke rit
Je maakt op een racefiets makkelijk snelheid. Ook als je net begint met wielrennen ga je vaak al harder dan je denkt. Het is daarom belangrijk om je materiaal goed op orde te hebben en vóór elke rit je fiets even kort na te lopen. Let daarbij in ieder geval op deze drie zaken:
Controleer je remmen. Staan ze niet te ver open en lopen ze niet aan?
Check je wielen. Zitten ze nog vast en recht? Loopt er niets aan? Laat je voor- en achterwiel een keer stuiteren om te horen of er niet iets rammelt dat niet hoort te rammelen. Je ketting hoor je dan natuurlijk wel klapperen. 😉
Controleer je banden. Zijn ze nog op spanning? Is het loopvlak nog goed? Zitten er geen steentjes of stukjes glas in de band, waar je straks lek op kan rijden?
Vervang op tijd je banden
Hoelang je banden meegaan is afhankelijk van verschillende factoren, waaronder:
Het gebruikte rubber: een duurdere wedstrijdband is slijtagegevoeliger dan een goedkopere trainingsband.
Het gewicht van de berijder: als je zwaarder bent wordt met name de achterband zwaarder belast.
De bandenspanning: als je met een lagere bandenspanning fietst (wat meer comfort geeft) slijten je banden wat sneller.
Het is belangrijk om je banden op tijd te vervangen. Een versleten band gaat een stuk sneller lek en verliest op een gegeven moment ook grip. Ook zal de band ‘vierkant’ worden: als je rechtdoor fietst wordt de rolweerstand een stuk groter, als je door een bocht fietst heb je minder grip. Ook als je niet zo heel veel kilometers maakt zal de band op een gegeven moment moeten worden vervangen, omdat deze na verloop van tijd uitdroogt en wordt aangetast door bijvoorbeeld UV-straling in zonlicht.
Niet elk kraakje komt uit je trapas
Veel fietsers zijn geneigd om een tikje of een kraakje te lokaliseren in hun trapas, en zo klinkt het vaak ook. Schijn bedriegt echter: je frame kan werken als een klankkast, waardoor je geluiden hoort bij je trapas die ergens anders worden geproduceerd… Vaak zit een kraakje bijvoorbeeld in een boutje dat even gesmeerd moet worden, bijvoorbeeld bij het zadel, bij het stuur of bij de kettingbladen.
Of een kraakje misschien bij je zadel of zadelpen te lokaliseren valt kun je eenvoudig checken door even uit het zadel te komen en op de pedalen te gaan staan. Hoor je niks meer? Dan weet je dus dat het in je zadel of zadelpen zit. Andersom kan ook: beweeg een beetje heen en weer op je fiets terwijl je stopt met trappen. Is het kraakje nog steeds hoorbaar? Dan zit het dus niet in je trapas/aandrijflijn.
Een schone fiets is een stille fiets
Heel veel piepjes en kraakjes kun je verhelpen door je fiets goed schoon te houden. Bijvoorbeeld vuil aan de derailleurwieltjes kun je soms voelen als een tik wanneer je de pedalen ronddraait. Een schone ketting en derailleur zorgen ervoor dat je fiets soepeler loopt en voorkomen nare geluidjes en schakelproblemen. En met schone remblokjes/remschijven maken je remmen minder herrie en gaan ze ook langer mee. Reken voor het gemak een schoonmaakbeurtje na elke 300 kilometer, of eerder wanneer je fiets vies is geworden door slecht weer.
Geef je fiets op tijd een beurt
Wanneer je een nieuwe fiets hebt gekocht is het belangrijk om deze na zo’n 1000 km (en dat is sneller dan het lijkt) een eerste beurt te laten geven. De fiets is voor het eerst blootgesteld aan jouw trapkracht en zal daarom moeten worden nagelopen. Het is belangrijk dat de derailleur opnieuw wordt afgesteld, de spaken op spanning worden gezet en alle boutjes nog een keer goed worden aangedraaid.
Vervang op tijd je ketting
De ketting van je fiets moet je natuurlijk goed schoonhouden en smeren, maar ook op tijd vervangen. Een ketting rekt tijdens het gebruik langzaam een beetje uit. Een ketting gaat normaal gesproken tussen de 1500 en 3000 km mee (als je doorfietst met slecht weer zal de ketting wat sneller slijten dan wanneer je een mooi-weer-fietser bent). Een schone ketting gaat langer mee dan een vieze ketting.
Wanneer je de ketting te lang blijft gebruiken slijten de kransjes van je cassette sneller in. Als je dan later alsnog je ketting vervangt slaat deze over op de cassette, die je dan ook moet vervangen. Dat kun je voorkomen door tijdig je ketting te vervangen. Je zult merken dat je ketting aan vervanging toe is, doordat je net wat minder schakelt en je ketting meer herrie gaat maken. Nog beter: je kunt met een kettingmeter eenvoudig meten of je ketting al aan vervanging toe is.
Zit je lekker? Afstelling is alles
Het is voor veel beginnende wielrenners even wennen om voorover gebogen op een racefiets te zitten. Dat is normaal. Zit je echt niet lekker en krijg je bijvoorbeeld last van je knieën of je rug, dan kan het zijn dat je de afstelling van jouw fiets voor jouw lichaamsafmetingen en houding nog moet (laten) aanpassen. Dit kun je doen bij de winkel waar je de fiets koopt. Het is ook iets dat normaal gesproken ook door de verkoper wordt aangeboden als je de fiets aankoopt.
Met dank aan: www.12gobiking.nl
Foto: Getty