Vaak is geschreven over wat er allemaal niet leuk is aan skiën. Een wat-doen-we-onszelf-allemaal-aan-artikel. En dat is ook zo. Het is duur, koud, vermoeiend en er bestaat een serieus risico op een souvenir in de vorm van een gipsverband. Dus anti-skitypes: we snappen jullie. Maar een weekje in de sneeuw heeft ook veel pluspunten:
- Wanneer ben je nou zoveel buiten in de winter?
De hele dag. Kop in de zon, wind langs de wangen.
- Zit je ooit zo weinig op je telefoon?
De helft van de tijd ben je aan het skiën, de andere helft zit je in de lift. Niet echt ruimte om uitgebreid te appen of werkmails te beantwoorden. Telefoontjes hoor je niet en met een beetje geluk is er überhaupt geen bereik in de bergen. Je bent echt even weg.
- Ga je wel eens elke dag de sauna in?
Maar tijdens je skivakantie wel. Het is zelfs goed voor je spieren.
- Is er een andere vakantie waarbij je in ieder geval over je lichaam geen zorgen hoeft te maken?
In de zomer wil je er misschien nog een kilootje af fietsen om je lijf iets beter tot z’n recht te laten komen, maar dat maakt hier helemaal niets uit. Skibroek, grote trui en hatseflats gaan.
- Je mag onbeperkt calorieën tot je nemen, want je bent de hele dag in beweging en verder verwijzen we naar punt 4.
Oké, je gaat misschien wel naakt die sauna in, maar daar is het toch steamy. Geen mens die je ziet.
- Je slaapt zo lekker
Een dag buiten + de hele dag bewegen = lekker slapen.
- Het is de ideale vakantie om met vrienden door te brengen
In de zomer lig je misschien de hele dag samen op het strand en kunnen er eerder irritaties ontstaan, hier ben je allemaal lekker individueel bezig en zie je elkaar tijdens het avondeten en tussendoor terloops aan een of andere skibar: ideaal.
- Je bent zo lekker verwijderd van de rat race
Het lijkt wel of je door de bergen en de sneeuw even letterlijk geïsoleerd bent en dat heeft een mens soms nodig.
Dit artikel verscheen eerder op Franksa.nl
Foto: getty