Op een nieuwe fiets moet je het leren

en dan nog even dit

Amateurs wielrennen: bellen of roepen?

Amateurs op de racefiets zitten vaak in dubio: bellen of roepen?

Bel op de racefiets: gebruiken of toch maar niet?

André Pötgens is een 56 jarige zelfbenoemde ‘sportieve fietser’ (en dus geen wielrenner). Hij heeft een bel op de racefiets, maar gebruikt die eigenlijk maar zelden. Vaak wordt die toch niet gehoord. Horen fietsers de bel wel, dan leidt dat vaak tot gevaarlijke situaties, zegt Pötgens. ‘In de regel gaan zij niet gewoon naar rechts, of blijven ze daar, maar kijken ze achterom. Er volgt een zwalkende en onvoorspelbare koers, die niet zelden dwingt tot piepende remmen en uitwijkmanoeuvres. Daarna wordt er veel gevloekt en krijgt de achteropkomende fietser de schuld, al heeft die gebeld.’ Pötgens vraagt zich af waarom hij überhaupt moet bellen tijdens het inhalen. ‘Wie zich op de openbare weg bevindt moet niet verbaasd zijn als andere verkeersdeelnemers trager of sneller zijn.’ Hij beperkt bellen dan ook voor situaties die gevaarlijk dreigen te worden. ‘Zoals door overstekende kinderen of al dan niet loslopende honden.’

Bureau Sport: de (on)geschreven regels van de wielersport...

Er bestaat veel angst bij wielrenners dat bellen tot gevolg heeft dat de gewaarschuwde voorligger van de fiets dondert

Wij zijn het hier roerend mee eens. Wij hebben ook een bel op de racefiets, maar bij elke trage voorligger bekruipt ons de angst dat hij de persoon in kwestie zodanig uit het evenwicht brengt dat die met fiets en al in de berm belandt. Of we krijgen te horen dat er weer een ‘vervelende wielrenner aan komt pezen die er weer snel langs wil’. ‘Het is ons al meermalen overkomen dat iemand zich helemaal het apezuur schrikt. Vaak gaan ze dan uit pure recalcitrantie heel breeduit fietsen zodat we er niet langs kunnen. We hebben onze les geleerd.’ Wielrenners of sportieve fietsers krijgen altijd al snel het stempel van asociale weggebruiker. Terwijl er tientallen voorbeelden zijn te geven van situaties waarin de wielrenner wordt gesneden, gebeukt, bespuugd of uitgescholden.

Wij zijn juist – mede daardoor – meer en vaker de bel gaan gebruiken. We hebben recht op ons deel van het fietspad. Recht op wielerplezier en recht op doorgang. Vooral de oudere e-biker is wars van elk belgeluid. Onder het motto ‘dit is ons land en dat hebben wij opgebouwd na de oorlog’ blijven ze stoïcijns midden op de weg fietsen. Of ze staan – midden op het fietspad – de routekaart te bestuderen. Of ze doen alsof de doof zijn.

Mensen vinden een fietsbel niet leuk. ‘Goh, wat een leuk belletje, je gebruikt hem zeker vaak?’ We zijn er klaar mee met al dat commentaar. Triiiiiiiing. Wen er maar aan.

Foto:  ANP

Deel dit artikel via:

Falder.nl is de grootste mannen 50+ site van Nederland.
Vind je dit een leuk bericht? Like dan onze Facebook-pagina.

MANNENPRAAT