Annemijn

Annemijn

Kun je niet poepen op de camping? Shit happens

Terwijl haar vent elke ochtend monter met een pleerol onder zijn arm naar het toiletgebouw vertrekt, maakt Annemijn zich op voor weer een dag obstipatie. Leuk joh, kamperen.

Yay, zomer, op naar Frankrijk met het caravannetje. Ik ben dol op kamperen, echt. Lekker de hele dag buiten zijn, een beetje aanrommelen met een kooktoestel en van die lichtgewicht pannetjes, de was doen in een stenen wasbak en alles dan laten drogen in de zon. En ’s avonds lezen bij het licht van een gaslamp. Tot zover de ideale vakantie.

Er is alleen één minpunt: zodra ik arriveer op een camping, blokkeren mijn darmen. Niet voor een uurtje of een dag, maar gerust voor een hele week. Of langer.

Mijn vent doet er vaak een beetje lacherig over. Volgens hem is het psychisch. Daar kan hij weleens gelijk in hebben. Een campingtoilet is namelijk niet per se een prettige plek. Even afgezien van het feit of het er schoon is of niet, het zijn meestal ruimtes die slechts door dunne wandjes van elkaar worden gescheiden. Met een beetje pech zit er iemand in het hokje naast je, en hoor je geluiden die je liever niet wil horen. Of erger nog, stel dat iemand jou hoort of ruikt. De gedachte alleen al is voor mij genoeg voor acute obstipatie.

Reken maar dat dat je vakantieplezier vergalt. De eerste twee dagen gaat het nog, dan merk ik er niet zo veel van. Maar op dag drie is mijn buik veranderd in iets wat nog het meest weg heeft van een opgeblazen ballon.

Op dag vier lijk ik net vijf maanden zwanger en durf ik me niet meer te vertonen in het zwembad.

Op dag vijf begint de buikpijn en krijg ik meewarige blikken van mijn vent. Hij heeft er geen enkele moeite mee. Ongegeneerd wandelt hij na de ochtendkoffie met een pleerol onder zijn arm naar de wc, om een kilo lichter terug te komen. Gekmakend is het.

Het is niet dat ik het niet probeer hè. Uren heb ik doorgebracht op de meest uiteenlopende campingtoiletten, in de hoop dat het iets zou uithalen. ‘En?’ vraagt mijn vent steevast als ik terugkom. ‘Mmmmneuh’, mompel ik.

Vorig jaar kwam ik erachter dat het een naam heeft, mijn probleem. Safe toilet syndrome, wat betekent dat je alleen naar een wc kunt waar niemand je kan zien, horen of ruiken.

Ik ben niet de enige die er last van heeft, Linda de Mol kampt er ook mee. Ik moet zeggen, het scheelt wel om dat te weten. Alleen: Linda is gewoon gestopt met kamperen.

Daar krijg ik hier de handjes niet voor op elkaar. En trouwens, ik zou er zelf ook ongelukkig van worden. Nooit meer een wijntje drinken bij ons sleurhutje, met uitzicht op lavendelvelden.

Kortom, shit happens. Ik moet ermee leren leven. Nu maar hopen dat het overgaat na mijn zestigste, als ik schijt heb aan alles aan iedereen.

Deel dit artikel via:
MANNENPRAAT