Luger is eigenlijk een duistere duik in het morele moeras. In de wereld van de Nederlandse cinema is er namelijk weinig dat zo controversieel, choquerend en grensoverschrijdend is als deze debuutfilm van Theo van Gogh. Met een verhaal doordrenkt van sadisme en wreedheid en een verontrustende verbeelding van de psyche van een fascistische psychopaat, betreedt Luger de donkerste uithoeken van de menselijke geest. Het plot draait om de meedogenloze en immorele Chris Luger, een karakter dat tot in de kern verdorven is. Thom Ancion, later bekend als Thom Hoffman, zet een angstaanjagend overtuigende vertolking neer van deze psychopaat. Zijn brute mishandeling van vrouwen en dieren is buitengewoon verontrustend en maakt deze film letterlijk een walgelijke ervaring.
Jonge poesjes in de wasmachine
Misschien wel het meest afschuwelijke aspect van Luger zijn de scènes waarin jonge poesjes in een wasmachine worden gestopt en waarin Luger – we vertellen het zoals het in de film voorkomt, excuses alvast – een pistool-loop in de vagina van een gehandicapte vrouw duwt. Deze expliciete en beledigende scènes overschrijden destijds en nu elke fatsoenlijke grens van kunst en ethiek. Uiteraard was dat wat Theo wilde. Het is niet verwonderlijk dat deze film onmiddellijk onder vuur kwam te liggen.
Opzettelijke wansmaak
Hoewel Luger in 1981 een eervolle vermelding kreeg bij de Gouden Kalveren-uitreiking, staat ie nog steeds garant voor opzettelijke wansmaak. Het verhaal van de twee zoekgeraakte kopieën van de film weerspiegelt op sommige manieren de ongrijpbaarheid van Luger zelf. Eén kopie werd door een boze ex van Theo in een gracht gemieterd, als een symbolische poging om debuut in de vergetelheid te doen verdwijnen, terwijl het andere blik pas na de dood van Van Gogh werd gevonden in zijn huis. Al is de kans klein tot nihil dat Luger ooit nog ergens vertoond gaat worden